Het waren – en zijn – angstige dagen hier in Griekenland. Met temperaturen van boven de 40°, gecombineerd met een droogte die al wekenlang aanhoudt en aangevuld met onvoorspelbare hete rukwinden in de middag is de kans dat er ergens in de omgeving brand uitbreekt bijna 100%. En wanneer zo’n beginnende brand niet meteen de kop wordt ingedrukt, dan kan het vuur al heel snel om zich heen grijpen. Met rampzalige gevolgen, zoals we onder andere op Rhodos hebben gezien.
Tot afgelopen week waren we hier op Pilion de dans ontsprongen, maar op maandagochtend hoorden en zagen we dat er boven Kala Nera, ons buurdorp, brand was uitgebroken. Kortsluiting in het elektrische circuit van een huurauto die tussen Visitza en Pinakates was gestrand. De vonkenregen belandde in de berm, met brand tot gevolg. Goddank was de brandweer er snel bij en al binnen een paar uur hoorden we dat het vuur onder controle was en het gevaar voor een uitslaande brand geweken.
En toen werd het woensdag 26 juli 2023. De dag waarop de temperaturen volgens de voorspellingen op zouden lopen naar 43°. De ochtend begon vreemd, het was bewolkt, met een vochtigheidsgraad van 70% en om negen uur ’s ochtends al een temperatuur van 30°. En het was stil, doodstil. Zelfs de krekels hielden hun mond. Alsof de natuur de adem inhield voor wat die dag al dan niet komen zou…
Waar iedereen bang voor was, gebeurde. Halverwege de middag bereikten ons de eerste meldingen over een grote brand bij Velestino, een dorp dat in het industriegebied ten noorden van de grote stad Volos ligt, aan de rijksweg die van Volos naar Thessaloniki leidt. De rookwolken waren vanaf ons schiereiland, gelegen aan de andere kant van Volos, al snel te zien. Wijzelf liepen geen gevaar, maar het vuur, aangewakkerd door de wind, verplaatste zich razendsnel de andere kant op, naar een gebied dat gekenmerkt wordt door veeteelt en landbouw. Meldingen vlogen de ether in, van dorpen die acuut geëvacueerd moesten worden, tot oproepen aan vrijwilligers om drinkwater te brengen voor de brandweermannen die probeerden de nu overal uitbrekende branden onder controle te krijgen. Het werd een nacht vol verschrikkingen voor eenieder die erbij betrokken was. In Volos werden in allerijl opvangplaatsen gecreëerd voor de stroom geëvacueerden, die steeds groter werd, naarmate de brand zich richting de kust en het vliegveld bij Nea Anchialos verplaatste.
De volgende ochtend, donderdag, kwamen er in eerste instantie positievere berichten. De branden zouden gedeeltelijk onder controle zijn. Voor ons, aan de andere kant van de baai, zag het er inderdaad rustig uit, dus de grote knal die aan het eind van de middag ons huis deed schudden kwam eigenlijk totaal onverwachts. Ik zat rustig op de bank naar een Netflix-film te kijken toen het gebeurde. De eerste gedachte die door me heen flitste, was dat manlief met dak en al naar beneden was gestort. Geen idee waarom ik dacht dat hij zich op dat dak zou bevinden, maar dat was echt mijn eerste gedachte. Dat het foute boel was, begreep ik wel, dus binnen een paar seconden stond ik buiten, waar niets te zien was van manlief of een ingestort dak. En terwijl ik nog enigszins verward om me heen keek, kwam de tweede knal, vele malen harder nog dan de eerste. Naast ons rende buurvrouw al schreeuwend en wijzend het balkon op. En toen zag ik het ook: een grote, dikke, zwarte rookpluim verscheen boven Volos!
De angst en de verwarring die je op zo’n moment voelt is moeilijk te beschrijven. Er schiet van alles door je heen terwijl je probeert te begrijpen wat er in godsnaam aan de hand is. Dat je de taal niet perfect beheerst helpt natuurlijk ook niet mee. Griekse nieuwszenders zijn normaal al lastig te volgen, maar als ze op volle snelheid een ramp verslaan, is dat voor ons nauwelijks te volgen. Gelukkig is er Facebook, dat ontplofte met allerlei berichten en met hulp van Google Translate kwam ik er al binnen tien minuten achter wat er was gebeurd: de brand had een munitiedepot van de militaire luchthaven bij Nea Anchialos, net buiten Volos, opgeblazen en naderde nu de brandstofopslagtanks. De kans dat er meerdere explosies zouden volgen was groot, en Nea Anchialos, het dorp dat op nog geen tien kilometer van het vliegveld ligt, moest halsoverkop geëvacueerd worden. Dat de brand inmiddels ook de doorgaande weg naar Volos had bereikt, maakte het er niet makkelijker op. De evacuatie moest daarom over zee plaatsvinden, en in allerijl werden particulieren opgeroepen om met hun privéboten naar de kust te komen om mensen te vervoeren. Bij toeval werd in Volos die dag het Wereldkampioenschap Jeugdzeilen gehouden, waardoor er veel zeilboten in de buurt aanwezig waren. De jonge deelnemers aarzelden geen moment en boden hun hulp aan. Dankzij hen konden ruim zeventig extra boten worden ingezet bij de ongelooflijke en moeilijke evacuatie van de inwoners van Nea Anchialos over het woelige water van de Pagasitische Golf.
Ondertussen hoorden wij aan onze kant van de baai al snel de op de militaire basis gestationeerde F16’s overvliegen, de een na de ander. Die werden in allerijl overgebracht naar een veiligere luchthaven, voor het vuur ook hen zou bereiken. Nea Anchialos is een van de grootste militaire luchtmachtbases van Griekenland, en de grote vraag is natuurlijk hoe het in godsnaam mogelijk is dat het vuur het munitiedepot, waaronder een paar flinke bommen, kon bereiken. En meer, want kleinere explosies waren de hele nacht door te horen.
In de loop van de nacht is het vuur geblust. Of liever gezegd, er was weinig meer over om te branden. De ravage bij daglicht is enorm. Zo kwam een van de projectielen uit het depot terecht in de Dimitra-wijnfabriek, waar al decennialang een bekende, lokale wijn geproduceerd en opgeslagen wordt. Daar is niet zo veel meer van over. Ook in Nea Anchialos zelf hebben de explosies veel schade aangericht aan huizen en andere gebouwen. Maar de schade aangericht door de branden die vanaf het noordelijke Velestino naar de zuidwestelijke kust zijn geraasd, hebben nog veel meer verwoestingen aangericht. Twee doden zijn er gevallen, meer dan drieduizend stuks vee zijn omgekomen, huizen en land zijn verwoest, en talloze mensen zijn in één nacht dakloos geworden, beroofd van alles wat ze hadden.
In deze vreemde, onwerkelijke dagen na de grote branden is de angst voor het vuur inmiddels verdrongen door woede om hoe dit alles heeft kunnen gebeuren. Ooggetuigen vertellen hun verhalen, over brandweerauto’s zonder water, over back-up pompen die niet werkten, over een coördinatieplan dat er ooit was, maar nooit uitgewerkt werd. Over de verwarring wie van wie commando’s moest krijgen, waardoor er op cruciale momenten te lang gewacht werd met ingrijpen… Ik was er niet bij, maar na achttien jaar hier valt het me niet moeilijk dit soort verhalen te geloven. Ik hoor ze in zomers als deze, waarin half Griekenland in de fik staat, telkens opnieuw. En opnieuw, en opnieuw…
Ik hou van dit land, met heel mijn hart, maar datzelfde hart huilt om alles wat de bewoners ervan aangedaan wordt: door regeringen die al heel lang geleden vergeten zijn dat een regering er is voor het volk – en niet om zichzelf te verrijken ten koste van datzelfde volk…