Anders dan in de behoorlijk roerige ‘buitenwereld’ kabbelt het leven hier in Pilion gewoon rustig door. De dagen worden alweer langer en zonniger. Het voorjaar geeft hoop, en de zon doet wonderen voor je gestel. Ook de natuur begint heel voorzichtig aan weer in bloei te komen. Onze tuin staat vol met vrolijke oranje goudsbloemen, en de gele klaver verspreidt zich razendsnel nu de zon iedere dag warmer wordt. De lust om erop uit te trekken begint weer op te spelen, en ik had me dan ook heel erg verheugd op een mooie wandeling, afgelopen zondag. Van Lafkos naar Milina, samen met de Vrienden van de Kalderimi’s. Nou ja, eigenlijk ging de wandeling van Milina omhoog tot een gehucht boven Lafkos, en vandaar weer terug naar beneden. Gezien mijn klimstrubbelingen van de afgelopen twee groepswandelingen, leek het me echter beter om de groep in Lafkos op te wachten en alleen die laatste afdaling te doen, met als afsluiting een gezellige lunch in Milina.
Het begon aardig goed. Een halfbewolkte dag, een graad of tien, twaalf en een – te vroege – bus die bijna maar gelukkig net niet aan mijn neus voorbijging. Rond twaalf uur arriveerde ik enigszins misselijk van alle bochtjes in Lafkos, waar het helaas niet half maar gehéél bewolkt was. Het dorp lag er totaal uitgestorven bij. Zelfs de taverne op het plein die altijd open is, was gesloten. De groep zou pas rond één uur arriveren, en gezien de wiebelige staat van mijn maag had ik voor die tijd toch wel behoefte aan een warme kop thee. Vlak bij de bushalte had ik weliswaar een café gezien dat open was, maar daar was ik niet gestopt omdat ik verwachtte dat er op het grote plein wel iets open zou zijn. Niet dus. Er zat niets anders op dan de tien minuten maar weer terug te lopen. Tot overmaat van ramp zat het café ook nog vol met mannelijke ‘locals’ waarvan eentje, een oudere man naast de houtkachel, mijn verschijning blijkbaar heel interessant vond. Hij bleef me tenminste de hele tijd aanstaren alsof ik een wezen van een andere planeet was. Gelukkig was de thee lekker warm en kon ik na een halfuurtje zonder wiebelige maag weer verkwikt teruglopen naar het plein.
De groep, zo’n dertig man, arriveerde netjes rond één uur, en het was leuk om een flink aantal bekenden te kunnen begroeten. Minder leuk was het dat het precies op dat moment begon te miezeren, wat al heel snel veranderde in flinke regen. Het gevolg was dat de normaal al niet makkelijk beloopbare stenen van het kalderimipad spek- en spekglad waren. Gecombineerd met natte bladeren, grote plukken mos en redelijk steile afdalingen leverde dat gevaarlijke situaties op. Ik heb het grootste deel van de wandeling dan ook afgelegd via de berm langs het pad. Helaas zijn die bermen begroeid, voornamelijk met braam- en andere stekelige struiken, wat mijn humeur er niet beter op maakte. Van de wandeling zelf heb ik letterlijk niets gezien. Ik had het veel te druk om niet onderuit te gaan. Natuurlijk gebeurde dat toch, ondanks dat bermlopen. Echt hard viel ik niet – door het schrijven aan mijn romans heb ik aardig wat zitvlees gekweekt – en ik kwam goed terecht, maar ja, daarna loop je uiteraard nog voorzichtiger dan ervoor. Het enige lichtpuntje in deze zeer natte, anderhalf durende wandeling was een aardige Schotse meneer, die zijn tempo vrijwillig aan dat van mij aanpaste en mij op de meest cruciale momenten met een helpende hand over extra steile en gladde meters hielp. Eenmaal in Milina gearriveerd, hield het op met regenen, wat een schrale troost was aangezien ik tegen die tijd behoorlijk doorweekt was. Maar hoera, in de taverne waar we aten was het warm, en ach, die natte haren en sokken droogden vanzelf wel een keertje.
De lunch was op zich best aardig, alleen aan de karige kant en met een hoog vegetarisch gehalte. Dat laatste vind ik als niet vegetariër beslist geen probleem. Courgetteschijfjes, auberginesalade, tomatenballetjes… daar kan ik flink van smullen, maar als het gaat om laffe bonenpuree, korrelige quinoa salade en zure witte koolsalade ben ik minder enthousiast. En die laatste gerechten kregen we dit keer dus voorgezet. Voor de vleesliefhebbers was er nog wel een schaaltje met kleine gehaktballen in tomatensaus, maar daar hield het mee op. Een beetje teleurstellend, zeker na een wandeling waar je ook al niet vrolijk van werd. Gelukkig was mijn tafelgezelschap wel gezellig. We hadden elkaar lang niet gezien en gesproken, en konden heerlijk bijkletsen. Ook fijn was dat ik na afloop niet weer met de bus hoefde, maar mee kon rijden met een Grieks echtpaar uit Volos.
Ik vrees echter dat dit de laatste keer is dat ik u verslag zal doen van mijn avonturen met de Vrienden van de Kalderimi. De groepswandelingen waren in het verleden altijd leuk en goed te doen voor recreatieve wandelaars zoals ik. In de afgelopen twee jaar is dat helaas sterk veranderd. De kern van de groep bestaat nu uit getrainde wandelaars die hun hand niet omdraaien voor lastige klimpartijen en glibberige afdalingen. Het tempo ligt hoog, wat het voor de minder getrainden onder ons moeilijk maakt om ontspannen te wandelen. Zeker, er wordt op bepaalde punten gewacht op de achterblijvers, maar zodra die er zijn gaat de groep weer verder, waardoor de achterblijvers min of meer ‘gedwongen’ worden om in één ruk van A naar B naar C te lopen. De laatste groepswandelingen waren voor mij dan ook behoorlijk teleurstellend, en eigenlijk alleen maar leuk door de lunch na afloop. Alleen… dat is niet waarvoor je aan zo’n wandeling begint, toch?
Gelukkig staan de beschrijvingen van de wandelingen online, en ik ga een aantal daarvan zeker ook in het komende jaar lopen. Maar dan wel zonder de Vrienden van de Kalderimi’s, in mijn eigen tempo, en samen met mensen die net als ik graag om zich heen kijken en regelmatig even stilstaan bij wat je onderweg allemaal tegenkomt. Dat lijkt me heel wat leuker dan de groepswandelingen die ik de afgelopen tijd heb gedaan. Wie weet, misschien richt ik in de toekomst nog weleens mijn eigen wandelclubje in Pilion op. Maar dan wel bestemd voor degenen onder ons die minder gericht zijn op prestatie en meer op recreatie. Aanmelden kan vanaf nu via mijn website… 😉