Het voorjaar is een drukke tijd. Niet alleen voor de vogels die er iedere ochtend vrolijk op los fluiten als ze hun nestjes in de coniferen bouwen, maar ook voor de dorpelingen. We zitten in de aanloop naar Pasen, en aangezien dat hier net zoiets is als voor ons de kerstperiode, gonst het overal van de bedrijvigheid.
Vooral schoonmaken is momenteel een geliefde bezigheid. Natuurlijk de huizen, zowel vanbinnen als vanbuiten, maar ook de tuinen. Het jankende geluid van kettingzagen en hogedrukreinigers is vrijwel constant te horen, wat niet altijd even bevorderlijk is voor mijn concentratie. En die heb ik eigenlijk wel hard nodig bij het controleren en redigeren van mijn Opnieuw Verbonden-manuscript. Gelukkig haalt mijn redactrice Heidi de foutjes die ik laat zitten er keurig netjes uit, zodat het eindresultaat hopelijk weer een mooi boek oplevert. Het afschrijven van het boek viel dit jaar samen met het begin van het voorjaar, de tijd waarin onze tuin binnen heel korte tijd van winterslaap naar kleurexplosie gaat. Heel mooi, ware het niet dat al dat groeien en bloeien ons lapje grond in no-time in een jungle verandert. Het gras dat manlief vorige zomer in de groene strook voor ons hek had gezaaid – waar het nooit groeide omdat de mieren de zaadjes onmiddellijk afvoerden – kwam tot onze verrassing ineens tevoorschijn in het middengedeelte van onze tuin dat eigenlijk bestemd is voor de marguerita’s, de goudsbloemen en de forsythia’s. Ik zag het met de dag hoger worden, maar gelegenheid om er iets aan te doen, was er alsmaar niet. Bovendien vond kleine Iason het zo heerlijk om erin te spelen, dat het gewoon zielig zou zijn om hem dat plezier te ontnemen. Toch?
Niet alleen het gras woekerde voort, ook de gele klaver besloot op te rukken, tezamen met een heel leger aan enthousiaste onkruidsoldaten waarvan ik ondanks buurvrouws ‘chorta-lessen’ nog steeds slechts de brandnetels, paardenbloemen en knoflook weet te benoemen. Een wilde tuin vind ik best leuk, maar dit werd toch wel een beetje té wild allemaal. De paadjes die her en der door de ‘velden’ slingeren, waren geheel en al verdwenen, net als de forsythia en nog een paar gewassen waarvan ik zeker wist dat die er moesten staan. Kortom, zodra het boek was afgeschreven, moest ik echt hoognodig de tuin in. Nu doe ik behalve boeken en verhalen schrijven ook nog een heleboel andere dingen voor diverse opdrachtgevers, zoals vertalen, redigeren, corrigeren en columns schrijven. Dat betekent dat mijn doordeweekse dagen aardig gevuld zijn zodat dingen als in de tuin klussen ook bij mij in het weekend plaats moeten vinden. Al met al kostte het me drie hele weekenden om onze wildernis een weer enigszins beschaafd uiterlijk te geven. De spier- en rugpijn heb ik er echter graag voor overgehad, want na al die maanden grotendeels achter de computer te hebben doorgebracht, vond ik het echt een heerlijkheid om met m’n handen urenlang in de aarde rond te wroeten. Uiteraard werd ik daarbij flink ‘geholpen’ door Ira en Iason, die het prachtig vonden om samen met mij tussen de uit de krachten gegroeide bloemetjes en struiken verstoppertje te spelen.
Vorige week zondagmiddag was het ruwe werk grotendeels klaar, tijd dus om het ligbed uit te klappen en lekker buiten mijn achterstallige mailtjes te checken. Nog meer genieten is dat met een tsipourootje erbij, dus ik liep even naar binnen om een welverdiend glaasje in te schenken. Ik was wel heel snel terug, omdat ik uit ervaring weet dat onze Ira voor het uithalen van kattenkwaad zeer weinig tijd nodig heeft. En ja hoor: toen ik terugkwam had ze met haar grote logge lijf mijn plekje op het ligbed al ingenomen. Dat ze zich daar kostelijk amuseerde blijkt wel uit de bijgaande foto. Ik heb haar er toch maar vanaf gejaagd en het restant van de middag zelf op het bed doorgebracht… met een slapende kat op mijn benen!
Een tuin is net een boek. Eigenlijk is het nooit echt klaar. Er blijft altijd die behoefte om het nog mooier, nog perfecter te maken. De kunst is om op het juiste moment een punt te zetten achter al dat werk en gewoon lekker te genieten van het resultaat. En dat doe ik nu dus ook maar. Met volle teugen 😉
♥♥♥♥♥